Boskaart zkt. duurzame bossen

24-05-2017

Biedt agrobosbouw soelaas ?

De afbakening van waardevolle maar zonevreemde bossen blijft deining veroorzaken in de Vlaamse regering. Ook vandaag debatteren de volksvertegenwoordigers in het Vlaams Parlement over dit actuele thema. Alternatieve denkpistes circuleren in een verwoede poging om burgers en bedrijven meer rechtszekerheid te kunnen bieden in het opzetten van zo'n boskaart. Ecologische waarde lijkt als criterium zwaarder te gaan doorwegen dan in de afgeschoten kaart. Die bracht immers geen winnaars met zich mee: noch duurzaam bosbeleid, noch gezinnen en ondernemers waren er bij gebaat. Een goed bosbeleid voorziet waardevolle bossen op duurzame plaatsen met oog voor opportuniteiten en respect voor eenieders eigendomsrecht.

Dat het om een evenwichtsoefening gaat, hoeft geen betoog. Braakliggend terrein is een schaars goed in Vlaanderen en de noden zijn groot. Of het nu gaat om de bijkomende woonnoden, uitbreiding van bedrijventerreinen of het noodzakelijke behoud van natuur en open ruimte, het blijft dansen op een slappe koord. Draagvlak om te komen tot een goed bosbeleid zal evenwel gepaard gaan met het aanmoedigen van nieuwe opportuniteiten zonder de ontwikkeling van Vlaanderen en de Vlamingen af te remmen.

Het knelpunt van de vorige afbakening van 12.000 ha zonevreemde bossen situeerde zich in de overlapping met 1630 ha bestemd voor wonen en 500 ha voor industrie. Het huidige woonaanbod en de door maatregelen slinkende ruimte die nog voor wonen kan benut worden, neemt in de gewestplannen 227.500 ha in. Voor industriegebied, buiten de havengebieden, komt dit op 42.000 ha. De grote opschudding door de overlapping van die 2.130 ha met beide bestemmingen op de vorige boskaart, geeft aan hoe broodnodig die oppervlakte is voor de verdere ontplooiing van de Vlamingen zowel op professioneel als op persoonlijk vlak. Dat hoeft niet te verbazen aangezien er bijkomend 550.000 gezinnen te verwachten zijn tegen 2050 en die evolutie van nijpende vraag nu reeds aan de gang is.

Een aanzienlijk areaal in de Vlaamse gewestplannen biedt evenwel opportuniteiten bij de afbakening van een boskaart: de 750.000 ha landbouwgrond in onze regio. Het inplanten van bomen op landbouwpercelen is een recente trend die voluit wordt gesteund door de Vlaamse overheid. Dit staat internationaal bekend als 'agroforestry' om de huidige generatie landbouwers aan te moedigen deze aloude techniek opnieuw toe te passen. Het gaat er om in een perceel bijv. rijen bomen aan te planten die aangepast zijn aan het voorziene gewas of vee om te komen tot meer productiviteit en rendement. Niet alleen verbetert bij een goed beheer de bodemkwaliteit, de waterhuishouding en CO2-uitstoot, ook biedt zo'n aanpak o.a. toegang tot nieuwe markten. Zo zijn er voorbeelden bekend van landbouwers die nieuwe producten zoals notenolie aan hun producten konden toevoegen en zo in staat waren toe te treden tot een korte keteneconomie. Een doordachte exploitatie van zulke houtkanten zal ook leiden tot duurzame houtproductie waar ook een toekomst in de industrie voor weggelegd is.

Hoewel er heel wat kansen aan agroforestry verbonden zijn en de Vlaamse regering sinds 2011 subsidies voorziet, is slechts 100 ha landbouwgrond er voor ingenomen. Biedt de huidige demarche van de Vlaamse regering bijkomende kansen aan de landbouwers in Vlaanderen om de doelstellingen van overheidswege hand in hand te laten gaan met nieuwe markten en rendementsverhoging ? In kaart brengen hoeveel professionals in de landbouw bereid zijn om een dergelijke stap te zetten en de rechtszekerheid bieden dat zo'n bosexploitatie een vrijwillig en omkeerbaar initiatief is, lijken noodzakelijke voorwaarden.

Een dergelijke aanpak lijkt meer doordacht dan het inpalmen van industriezone aan het Albertkanaal, een unieke ligging voor meer industrie en werkgelegenheid, aansluitend aan transport over water wat de mobiliteit ten goede komt.

Het is momenteel koffiedik kijken wat de Vlaamse regering nog zal beslissen over een alternatieve boskaart met de gemeenteraadsverkiezingen in het verschiet. Eén ding is zeker. Indien de bevoegde instanties willen rekenen op het nodige draagvlak, moeten nieuwe inzichten en kansen geboden worden die een duurzaam bosbeleid aanmoedigen in combinatie met rendementsverhogingen en respect voor eigendomsrechten.

In kaart brengen hoeveel professionals in de landbouw bereid zijn om een dergelijke stap te zetten en de rechtszekerheid bieden dat zo'n bosexploitatie een vrijwillig en omkeerbaar initiatief is, lijken noodzakelijke voorwaarden.