Vlaamse overheid stelt weide met hobbypaarden gelijk aan verstedelijking

29-08-2019

Noemer 'ruimtebeslag' is te uiteenlopend voor bruikbare toekomstscenario's

Het Nieuwsblad bericht vandaag over plattelandsgemeenten, provincies en de Boerenbond die zich grote zorgen maken over de vele landbouwbedrijven op het platteland die veranderen in ­statige, residentiële hoeves, vaak met paarden erbij. Dat bericht geeft aan wat er vandaag schort met het debat rond ruimtebeslag in Vlaanderen. De weilanden en gronden van een landbouwbedrijf staan in de boekhouding van de ruimtelijke ordening aangeduid als open ruimte. Indien evenwel een particulier dit louter als gezinswoning koopt met hobbypaarden erbij dan transformeert dit plotsklaps in ruimtebeslag. Dit begrip hanteren als leidraad voor beleidsplannen is daarom geen goed idee. Verharding biedt een helderder perspectief.

Landbouwgebied dat beheerd wordt door een professionele landbouwer valt niet onder ruimtebeslag. Van zodra die akkers en weilanden evenwel door een particulier worden aangewend om bijv. hobbypaarden te houden, komt dit wel onder die noemer terecht. Een derde van de weilanden in Vlaanderen is vandaag ingenomen door paardenhouders en niet door professionele landbouwers. Om en bij de gaat het om 70.000 ha weiland ofwel bijna 16 % van hetgeen de Vlaamse overheid verstaat onder ruimtebeslag. Bovendien blijkt uit een recente studie van ILVO dat bijna 40% van de vrijgekomen hoeves in Oost-Vlaanderen als louter gezinswoningen worden aangewend.

Dit voorbeeld geeft aan dat ruimtebeslag als begrip een amalgaam is van de meest diverse elementen die vaak geen druk leggen op de balans tussen menselijke activiteit en open ruimte. Het gaat immers niet alleen om gebouwen en wegen maar vooral om tuinen, parken, sportterreinen, recreatiedomeinen enz. Zelfs indien landbouwgronden worden ingenomen door tuinen of paarden komt volgens het BRV de Vlaamse open ruimte onder druk te staan.

Ben Derudder, professor Sociale Geografie aan de UGent verklaart het begrip ruimtebeslag en duidt het verschil met verharding.

Aangezien de invulling van het begrip ruimtebeslag en de communicatie errond bij de publieke opinie de indruk wekt dat Vlaanderen volgebouwd is geraakt en een doemscenario heeft voorgespiegeld, lijkt het hoog tijd voor een transparanter ijkpunt.

Het BRV reikt ook de oplossing aan : verharding

Gezien de verwarrende invulling van 'ruimtebeslag' voor de publieke opinie is er nood aan een filter die nauwer aansluit bij bebouwing. Het gaat hierbij om alle gebouwen, parkings, wegen, serres, windmolenparken enz. ongeacht de indeling op het gewestplan. Het BRV zelf wijst in dit verband op de verharding. Verharding in Vlaanderen bedraagt in totaal 14 %. Gebouwen verharden 4,8 % van Vlaanderen. Flats en gezinswoningen zijn verantwoordelijk voor 3 % verharding. Dat staat te lezen in het ruimterapport van de Vlaamse overheid. Om proportioneel beleid te voeren, doen beleidsmakers er goed aan ook de overige 11 % onder de loep te nemen. Niet het minst de verharde ruimte met openbare bestemmingen. Vandaag zijn overwegend de gezinswoningen voer voor maatschappelijk debat.

Flats en gezinswoningen in Vlaanderen zijn verantwoordelijk voor 3 % verharding (oranje kleur in bovenstaande staafdiagram)

Marc Dillen, directeur-generaal van VCB nuanceert ten gronde doemscenario over volgebouwd Vlaanderen.

Doemscenario's zijn louter fictief en geen leidraad voor beleidsplannen

Maart 2017, in het Vlaams Parlement wordt de prognose van 41% ruimtebeslag in Vlaanderen tegen 2050 in de prullenmand gekeild wegens geen voer voor beleid. Sinds 2010 werd dat doemscenario in media en in overheidsdiensten overgenomen. Maar de huidige trend in ruimtelijk rendement en de juridische voorraad aan bouwgronden maken dat scenario onmogelijk. De bron is een proefschrift van onderzoekster Lien Poelmans die een reeks fictieve scenario's uitwerkte om het effect van mogelijke bebouwing in de toekomst op waterhuishouding te meten.

Sindsdien zijn er evenwel opnieuw studies verschenen (VITO-studie over urban sprawl in Vlaanderen als laatste in de rij) ter ondersteuning van het BRV, die uitgaan van onmogelijke scenario's. Volgens de Vlaamse Confederatie Bouw l'histoire se répète en blijft dit geen voer voor beleid. Studies over de noden van kwaliteitsvolle verdichting zouden wel helpen ruimtelijk rendement verder uit te bouwen maar die zijn zeer dun gezaaid.



  • Bron verpaarding : https://www.landelijk.vlaanderen/wp-content/uploads/2015/06/presentatie-Landelijk-Vlaanderen_voor-print.pdf
  • Studie ILVO over de provincie Oost-Vlaanderen : https://dms.oost-vlaanderen.be/download/c7e32b61-c41d-4023-b903-28a74c903d42/Eindrapport_InventarisHergebruik_DEF.pdf