Wanneer gaat de bouwshift over noden van toenemend aantal huishoudens?
Binnen de drie decennia meer dan 400.000 huishoudens extra
Begin 2023 stemt het Vlaams Parlement finaal over het bouwshiftakkoord van de Vlaamse regering. Volgens dat akkoord kunnen lokale besturen de woonuitbreidingsgebieden (WUG's) hetzij onder een stolp plaatsen tot 2040 hetzij in tussentijd herbestemmen of activeren. In totaal gaat het ongeveer om een 12.000 ha aan woonreservegebieden bovenop de neutralisatie van 1.600 ha signaalgebieden. In de aanloop naar die definitieve stemming focussen experts op de vergoedingen voor getroffen eigenaars en op bestaande bebouwing buiten kernen en centra. Embuild Vlaanderen onderlijnt dat sinds de lancering van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen in 2016 één bekommernis veel te weinig aan bod komt in het publieke debat: wat zijn de noden van de mensen in de komende jaren? Zullen onze centra en kernen meer dan 400.000 huishoudens extra een goede woonomgeving kunnen bieden? En wat gaat dat allemaal kosten? Nochtans is die vraagstelling bepalend en vormt die de premisse om de bouwshift te realiseren.
Toenemende gezinsverdunning duwt aantal huishoudens de hoogte in
Volgens de Vlaamse overheid blijft de bevolking toenemen, maar lijkt de groei intussen te vertragen. Toch blijft het aantal huishoudens sterk stijgen als gevolg van de toenemende gezinsverdunning. Het Federaal Planbureau voorspelt tegen 2050 een aangroei van het aantal huishoudens in Vlaanderen met bijna 449.000 tegenover 2018. Dat is het equivalent van achtmaal Leuven. De toename van het aantal inwoners en huishoudens zal zich vertalen in een behoefte aan bijkomende woningen. Door demografische trends zoals de vergrijzing en de verjonging, de gezinsverdunning, de migratie en nieuwe samenlevingsvormen, verandert de woningvraag en is er een grotere diversiteit aan woontypes en -vormen nodig. Terwijl de ruimte voor wonen in onze stedelijke centra slinkt.
De toenemende woningnood blijkt bovenal een kwalitatief vraagstuk te zijn. Met stijgende prijzen als voornaamste driver. Een goed functionerende woningmarkt sluit immers aan op de vraag van huishoudens. Niet omgekeerd. Huishoudens in West-Vlaanderen zijn niet geholpen met meer woningaanbod in Limburg. Een gezin met kinderen uit Oost-Vlaanderen dat een eengezinswoning zoekt in een groene omgeving, heeft vermoedelijk geen baat bij een flat in de rand van Brussel.
De bouwshift dient daarom meer te zijn dan theoretische berekeningen van experts over de boven- en ondergrens van mogelijke vergoedingen en dan onrealistische scenario's over bijkomend ruimtebeslag. Bovenal dient het te gaan om een toekomstgerichte shift die focust op kwaliteitsvolle verdichting in en rond steden en kernen. Maar dan dienen de reële en toenemende noden van gezinnen in kaart te worden gebracht. En dan dienen we eindelijk zicht te krijgen op de kansen en beperkingen in onze centra en kernen en het kostenplaatje dat doorgedreven verdichting met zich zal meebrengen. Dat gaat niet alleen over een toereikend en divers aanbod aan woningen, maar evengoed om hoogwaardige publieke ruimte en maatschappelijke uitdagingen zoals mobiliteit, energie, waterhuishouding enz., zegt Marc Dillen van Embuild Vlaanderen.
'Parallellisme' als leidraad
Het aantal huishoudens blijft stijgen; de kwalitatieve woningnood neemt enkel toe en de betaalbaarheid voor de huishoudens staat enorm onder druk. Maar experts blijven al sinds 2016 louter pistes naar voren schuiven om de mogelijkheden voor wonen te beperken. Dat is geen werkbare methode met een optie op de toekomst. Daardoor kan momenteel enkel 'parallellisme' als werkbare leidraad te worden genomen voor de bouwshift. Daarbij is het cruciaal dat kwaliteitsvolle verdichting en voldoende inbreidingsprojecten het beperken van voorziene ruimte voor wonen elders voorafgaan.
Want alleen een voldoende en divers aanbod kunnen verdere sterke prijsstijgingen tegengaan en kunnen de kwaliteit voor huishoudens vrijwaren. Maar daar knelt het schoentje. Het aanbod in populaire steden en kernen stagneert, de prijzen lopen op en er is een mismatch tussen wat gezinnen wensen en wat er te vinden is. Het aanpakken van die reële problemen is bepalend voor de bouwshift. Het in kaart brengen ervan is alvast een eerste goede, maar intussen een eerder late, stap. Heel wat werk op de plank in 2023.