Woningbouw is belangrijke driver voor meer hernieuwbare energie in Vlaanderen

20-06-2018

Hoog tijd om in te zetten op vervangende nieuwbouw en renovatie

2050 telt een resem aan doelstellingen. Zo heeft de Europese Commissie Vlaanderen geëngageerd om zijn compleet woningenpark energiezuinig te maken, alsook de klimaatdoelstellingen te halen tegen die streefdatum. De gemene deler van beide objectieven is minder energieverbruik in gebouwen en een aanzienlijke stijging van de productie in hernieuwbare energie. Het aandeel van hernieuwbare energie lijkt te moeten stijgen van ongeveer 6% naar 19 %. Vandaag is nieuwbouw de belangrijke trekker op weg naar een Vlaanderen met een kleinere klimaatvoetafdruk. Bij het aanscherpen van de energiedoestellingen in o.a. hernieuwbare energie dringen nieuwe stimulansen zich op om het onbenutte potentieel in bestaande woningen te valoriseren. Tot dusver laat de Vlaamse regering de te halen energiewinsten bij 2,65 miljoen woongelegenheden te vaak onberoerd.

Maatregelen die het verschil maken

Uit delaatste gegevens van het Vlaams Energieagentschap blijkt dat bijna 90 % van de nieuwe woningen uit 2016 uitgerust is met PV-panelen; 12,5 % beschikt over een zonneboiler en 22 % heeft een warmtepomp. Zonder zulke technieken kunnen bouwers immers het vereiste E-peil niet behalen. Om het aandeel van hernieuwbare energie nog verder op te vijzelen, kan men niet buiten het potentieel van bestaande woningen. Indien jaarlijks bijkomend 100 000 woningen groene stroom kunnen produceren, dan stijgt het aandeel hernieuwbare energie van 6 naar 12 %. Dit wil zeggen dat volledig inzetten op ingrijpende renovatie van woningen al 50 % van de doelstelling hernieuwbare energie kan realiseren.

Meer nog, tegen 2050 moet elke woning in Vlaanderen energiezuinig zijn. Om dat te halen moet nu het aantal vergunde renovaties worden opgetrokken naar 70.000 per jaar, in tegenstelling tot het huidige aantal van om en bij de 16.000. In totaal gaat het om 2,65 miljoen woningen die energetisch moeten worden gerenoveerd of die moeten vervangen worden. Die laatste optie nemen eigenaars best in overweging indien de nodige energetische ingrepen technisch niet haalbaar lijken of de renovatiekosten die van een vervangnieuwbouw overstijgt.

Om het renovatieritme inclusief meer hernieuwbare energietechnieken in een stroomversnelling te brengen kunnen volgende maatregelen het verschil maken :

  • Een verlaagd btw-tarief op alle vervangende nieuwbouw - hetgeen de Vlaamse Confederatie Bouw al geruime tijd naar voren schuift bij overlegmomenten met de Vlaamse regering - zal het woningenbestand aanzienlijk energetisch verbeteren alsook het aandeel in hernieuwbare energie verhogen.
  • Bij de financiering van een woning door bijv. een hypothecaire lening de energetische investeringen ten volle in acht nemen. Een goed uitgeruste woning betekent immers minder energieverbruik en bijgevolg minder kosten. Daardoor stijgt de terugbetaalcapaciteit van de bewoners.

Voor Vlaanderen lijkt het trage renovatieritme momenteel het knelpunt om zowel de energie- als klimaatdoelstellingen te behalen. Daarop inzetten met ingrijpende maatregelen om o.a. hernieuwbare energietechnieken aan te moedigen, zal een aanzienlijke bijdrage leveren tot beide objectieven.